Er is nieuw bewijs gevonden van vervalsingen door de Technische Recherche in de Deventer moordzaak. Dat meldt de Volkskrant woensdag.
De krant baseert zich op een onlangs opgedoken cd-rom met ruim 150 foto's en verslagen van het rechercheonderzoek. Daaruit zou blijken dat ontlastende vingerafdrukken zijn gewist, er een nieuwe slachtofferfoto met ontlastende bloedvlek is en er uit een proces-verbaal cruciale, ontlastende passages zijn verwijderd.
De Deventer moordzaak vindt zijn oorsprong in de moord op Jacqueline Wittenberg in 1999. Haar fiscalist Ernest Louwes werd veroordeeld voor die moord, maar achteraf bleek er in zijn proces vervalst bewijsmateriaal te circuleren.
Advocaat Geert-Jan Knoops wil het woord opzet niet in de mond nemen zegt hij tegenover de krant, maar volgens hem tonen deze recherchestukken wel aan dat onregelmatigheden in dit politieonderzoek niet incidenteel, maar structureel van aard zijn.

'Definitieve proces-verbaal verschilt van concept-proces-verbaal'

Op de cd-rom van de Technische Recherche staat een concept-proces-verbaal over het rechercheonderzoek uit 1999. Dat concept verschilt van het proces-verbaal dat aan het definitieve procesdossier werd toegevoegd.
Zo is in het definitieve proces-verbaal de zin verwijderd dat het lemmet van het steekwapen 'ongeveer 2 centimeter' meet, terwijl het veronderstelde moordwapen veel breder was. Ook is een zin verwijderd waarin gesteld werd dat het moordwapen 'een afgebroken of omgebogen punt had', terwijl dat bij het veronderstelde mes niet het geval was.

'Er zaten meerdere vingerafdrukken op het moordwapen'

Op de opgedoken foto's is volgens de Volkskrant duidelijk te zien dat er meerdere vingerafdrukken zitten op het mes dat als moordwapen was aangemerkt. In het onderzoeksrapport dat na de moord naar buiten kwam schreven twee rechercheurs die de foto's maakten, dat er geen vingerafdrukken op het moordwapen zaten.
Ook blijkt uit de foto's dat de rechercheurs de bloes van het slachtoffer in het mortuarium hebben geopend, dat op de stof met een meetlint is gemeten en er een bloedvlek zit op een plek, waar die op het plaats delict nog niet zat.
Dat is niet conform de Forensisch-Technische Norm. Die schrijft voor dat bebloede bewijsstukken direct op de plaats delict moeten worden veiliggesteld om nog bruikbaar te kunnen zijn voor dna-onderzoek, zodat voorkomen kan worden dat sporen worden verspreid doordat stofdelen tegen elkaar aanwrijven. Dit lijkt nu dus wel te zijn gebeurd.

Ernest Louwes heeft zijn opgelegde straf al uitgezeten

In 2000 werd fiscalist Ernest Louwes vrijgesproken van de moord op zijn cliënt Jacqueline Wittenberg. In hoger beroep werd hij alsnog tot twaalf jaar celstraf veroordeeld.
Drie jaar later werd het proces herzien, omdat gevonden dna op het moordwapen, een mes, niet van het slachtoffer was. Ook bleek de hondengeurproef, die Louwes aanwees als dader, te zijn vervalst. Omdat er dna-sporen van Louwes op de bloes van het slachtoffer zaten, werd hij in 2004 toch opnieuw veroordeeld.
Hij kwam vrij in 2009, na de opgelegde straf te hebben uitgezeten. Zijn advocaat Geert-Jan Knoops diende daaropvolgend een nieuw herzieningsverzoek in met ontlastende feiten. Dat herzieningsonderzoek loopt nog steeds.